Nieuws28 juni 2022 cIDRIS

Breed Offensief kan rekenen op brede steun van Tweede Kamer

Tags:Breed Offensief

Deel deze pagina

Eindelijk was het zover: tweeëneenhalf jaar na indiening werd gisteren het wetsvoorstel Breed Offensief in de Tweede Kamer besproken. Daarin staat dat de Participatiewet gewijzigd wordt om zo meer mensen met een arbeidsbeperking aan het werk te helpen. De meerderheid van de Tweede Kamer is voor. 

Het gaat onder andere om de volgende voorgestelde maatregelen:

  • Werkgevers en werkzoekenden krijgen de mogelijkheid om loonkostensubsidie aan te vragen bij gemeenten.
  • Er komt voor hen een expliciet aanvraagrecht voor persoonlijke ondersteuning op maat (zoals een jobcoach). Ook moet het makkelijker worden om werkplekaanpassingen te doen.
  • Mensen met een arbeidsbeperking krijgen een gedeeltelijke vrijlating van arbeidsinkomsten voor 1 jaar, met de mogelijkheid om te verlengen.
  • De vier-weken-zoektermijn voor jongeren met een arbeidsbeperking wordt afgeschaft.

Daarnaast is het wetsvoorstel onder andere aangevuld met het plan om de kostendelersnorm voor jongeren tot en met 27 jaar af te schaffen.

De meerderheid van de Tweede Kamer steunt de voorgestelde aanpassingen. De maatregelen lopen vooruit op een meer fundamentele herziening van de Participatiewet. Die is verwoord in de nota ‘Participatiewet in balans’. Minister Schouten roept daarin op om de menselijke maat voorop te stellen. Tijdens het debat bleek vervolgens dat die nota door de kamer vooral positief wordt ontvangen.

Alle fracties hebben de brief gelezen die Cedris ter voorbereiding op het debat aan de Kamer stuurde. De concrete aandachtspunten die hierin zijn verwoord kwamen tijdens het debat veelvuldig aan bod.

Aanvraagrecht ondersteuning op maat

Verschillende fracties vroegen zich gisteren af of het voorgestelde aanvraagrecht op de ondersteuning van maatwerk niet tot een ongewenste juridisering leidt. Ook wilden ze weten of er voldoende budget beschikbaar is. Volgens de minister bestaat dit wettelijk recht ook al in de huidige situatie. Omdat het niet zo expliciet in de wet is benoemd, wordt hier door gemeenten verschillend mee omgegaan. Een apart artikel in de wet versterkt de positie van werkzoekenden en werkgever. De minister zegde toe om de ‘vinger aan de pols te houden’ of het financieel tot extra kosten leidt voor gemeenten.

Vrijlatingsbedrag

Meerdere fracties bepleitten om het voor mensen met een arbeidsbeperking structureel mogelijk te maken een deel van het inkomen niet te verrekenen met de uitkering. Het gaat dan om mensen van wie duidelijk is dat meer werken niet mogelijk is. Nu is dat voor hen in principe slechts voor 1 jaar mogelijk. Volgens de minister kunnen gemeenten er voor kiezen om na het eerste jaar de vrijlating meer langdurig toe te kennen. Het hoeft niet per se jaarlijks opnieuw beoordeeld te worden.

No riskpolis

Onder andere het CDA en de ChristenUnie vroegen de minister op korte termijn een pilot te starten. Ze willen de no-riskpolis ook inzetten voor mensen die al lange tijd een bijstandsuitkering hebben. De minister staat er niet negatief tegenover, maar komt hier direct na de zomer op terug. Ze wil dit punt meenemen bij de uitvoering  van een eerdere motie uit de Kamer om maatregelen te nemen meer langdurig werkzoekenden aan werk te helpen.

Inzet sociaal ontwikkelbedrijven

Sociaal ontwikkelbedrijven moeten mensen die aangewezen zijn op beschut werk een baan bieden, aldus de VVD.  Daarnaast is dit hèt moment om meer in te zetten op plaatsingen bij reguliere werkgevers. Een motie die de partij hiervoor had voorbereid hoefde niet te worden ingediend. De minister zegde al toe hierover het gesprek aan te gaan met sociaal ontwikkelbedrijven en werkgeversorganisaties.

Minister Schouten benadrukte ook de meerwaarde van een landelijk dekkende sociale infrastructuur. “Het is ongelofelijk belangrijk dat sociale ontwikkelbedrijven blijven bestaan voor mensen die hierop zijn aangewezen”, vertelde ze. Ze gaf aan dat ze zich hier heel hard voor zal blijven inzetten.

Re-integratiebudget en gemeentefonds

In de brief aan de Tweede Kamer vroeg Cedris aandacht voor de onwenselijke gevolgen van de overheveling van re-integratiebudget naar het gemeentefonds. Het re-integratiebudget voor gemeenten is vanaf 1 januari 2023 niet langer traceerbaar. Daardoor verdwijnt het inzicht van individuele gemeenten in de omvang van het beschikbare budget. Voor raden en colleges is daardoor onduidelijk op welk budget ze kunnen sturen. Met een motie riepen D66, ChristenUnie, GroenLinks en PvdA de minister op ervoor te zorgen dat lokale bestuurders zicht behouden op de omvang van het re-integratiebudget. Ze moeten kunnen monitoren in hoeverre de middelen op lokaal niveau worden uitgegeven aan werkzoekenden die extra ondersteuning nodig hebben. Volgens de minister zorgt dit laatste voor teveel administratieve lasten aan de kant van de gemeenten. Daardoor ontstaat spanning met de verantwoordelijkheden die horen bij lokale uitvoering. De motie zal naar aanleiding van de minister nog worden aangepast.

Banenafspraak

De VVD riep de minister, via een motie, op de prestaties van overheidswerkgevers in de banenafspraak te verbeteren. Zo loopt de overheid niet langer achter op het bedrijfsleven. De minister omarmde deze motie. Ze gaf verder aan dat ze het ermee eens is dat de rijksoverheid het goede voorbeeld moet geven. Ze gaat hierover het gesprek aan met de ministers in het kabinet.

Op dinsdag 5 juli volgt een stemming over het wetsvoorstel en alle amendementen en moties.

 

Adviseur

Bert Doek

Strategisch adviseur Public Affairs en Communicatie