Van nu.nl van 13 april 2019:

Het Openbaar Ministerie (OM) start een strafrechtelijk onderzoek naar de werkgever van de vijftienjarige maaltijdbezorger die ’s avonds hamburgers op zijn bezorgfiets rond heeft gebracht in Utrecht. Hij werd geschept door een auto en overleed aan zijn verwondingen. Hoe gebruikelijk is het dat vijftienjarigen ’s avonds laat werken?

“De precieze omvang is onbekend, maar vrij vaak”, zegt Marco Bouma, sectorleider van FNV Horeca. Bij bedrijfsbezoeken is het een vast thema. De vakbond krijgt regelmatig vragen van werkgevers, tieners en ouders.

79.000 kinderen van vijftien jaar hadden in het laatste kwartaal van 2018 een bijbaantje, zo blijkt uit cijfers van het CBS. Uiteraard vallen ‘zwart betaalde’ werkzaamheden hier niet onder.

Vijftienjarige kinderen mogen werken, maar hiervoor bestaan strikte voorwaarden. Zo mogen ze niet voor 7.00 uur ’s ochtends en na 19.00 uur ’s avonds werken, en mogen ze ook op schooldagen niet langer dan twee uur aan het werk zijn.

De Inspectie SZW gaat in opdracht van het OM onderzoeken of de werkgever van de overleden jongen, de franchiseketen Burger Me, de arbeidstijdenwet heeft overtreden door hem zo laat nog aan het werk te laten.

Als arbeid wordt uitgevoerd door te jonge kinderen, kunnen ook ouders aansprakelijk worden gesteld, zegt een woordvoerder van de Inspectie SZW.

Bijbaantje soms pure noodzaak

Bouma: “Het is de plicht van de werkgever om de arbeid in overeenkomst met de wet te organiseren en duidelijke informatie en roosters te verstrekken.” Zo mogen kinderen van vijftien in een schoolweek niet meer dan twaalf uur werken. In vakanties ligt dat iets hoger; dan mogen ze tot 21.00 uur werken, voor maximaal veertig uur per week.

“Het is dramatisch dat een kind van die leeftijd overlijdt”, zegt kinderombudsman Margrite Kalverboer. Hoewel ze inziet dat een bijbaantje voor veel kinderen wat extra’s oplevert en een waardevolle ervaring is, baart het haar zorgen dat het voor veel tieners óók pure noodzaak is.

“Er zijn een paar honderdduizend kinderen die te maken hebben met armoede. Tieners grijpen dan snel naar een baantje, om te voorzien in hun eigen behoeftes, zoals schoolboeken, maar ook om hun ouders te ontzien door bijvoorbeeld de boodschappen te betalen. Het is dan aantrekkelijk om ’s avonds laat nog te werken, zelfs als ze de volgende dag naar school moeten.”

Toezicht is beperkt

Het is volgens Bouma lastig om toezicht te houden op tieners die ’s avonds laat nog werken. “Inspectiediensten zijn beperkt bezet en er zijn veel horecabedrijven. Het uitgangspunt van de cao is ook: de individuele werknemer moet voor zichzelf opkomen.”

Het helpt hierbij niet dat veel ondernemingen met arbeidstekorten kampen en de bestellingen alleen maar toenemen. Dat legt druk op de werkgever, en daardoor ook op de kinderen die in de horeca werken, denkt Bouma