De FNV stuurde op 8 februari 2018 een brief aan minister Koolmees en staatssecretaris van Ark van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over ontwikkelingen in de sociale werkvoorziening en flextensie. In de brief staat over flextensie:

Flextensie

Was het voorheen zo dat gemeenten nog probeerden om zo goedkoop mogelijk mensen te laten uitstromen, nu is Flextensie een nieuwe constructie van creativiteit waarmee een aantal gemeenten winst maken met hun bijstandsgerechtigden. De FNV is van mening dat niet alles geoorloofd is om de kans op uitstroom uit de uitkering te verhogen. Er zijn voldoende fatsoenlijke vormen van ondersteuning voor bijstandsgerechtigden die niet zonder hulp aan de slag komen, bijvoorbeeld werken met een loonkostensubsidie (onder de banenafspraak). Flextensie is loonroof, ondermijning van cao’s en leidt tot verdringing van regulier werk. Met Flextensie worden de mazen en randen van de wet opgezocht terwijl iedereen voelt dat een dergelijke constructie niet deugt. Veel gemeenten gaan om deze redenen niet in zee met Flextensie. Het is jammer dat enkele ‘foute’ gemeenten de roep om meer landelijke regelgeving aanwakkeren. Het antwoord van de staatssecretaris dat gemeenten wel het instrument onder de juiste condities dienen in te zetten, laat teveel ruimte open voor oneigenlijk gebruik. Eén van de redenen die gemeenten aangeven om met Flextensie te werken is dat men zodoende zelf niet te maken heeft met de administratieve rompslomp bij flexibel werken vanuit de bijstand, dat wil zeggen met werken met wisselende inkomsten. Blijkbaar is flexibel werken nog steeds een probleem voor gemeenten, en dus voor de bijstandsgerechtigden. Het wordt tijd dat dit nu eens structureel opgepakt wordt door de overheid. Wij vragen hiervoor uw inzet om dat te bewerkstelligen.

Voor verdere toelichting: zie de bijlage.

Bijlage.

Toelichting op Flextensie: Gemeenten bedenken steeds meer constructies om met een krimpend budget bijstandsgerechtigden aan het werk te helpen. Meerdere soorten constructies, waarvan Flextensie een voorbeeld is, hebben een verdienmodel waarbij een bijstandsgerechtigde productief werk verricht zonder een arbeidsovereenkomst en er zelf echt mee op te schieten. Met de opbrengsten die de arbeid oplevert, worden de constructies betaalt, begeleiding gefinancierd en in een aantal gevallen, bijvoorbeeld bij Flextensie, levert dat winst op. En dat alles onder het mom van arbeidservaring opdoen, om de kans op werk te vergroten.

Enkele opmerkingen over het rapport:

– De onderzochte groep gemeenten bestaat alleen uit voorstanders. Tegenstanders komen niet aan bod. Er zijn gemeenten die inmiddels gestopt zijn met Flextensie of daar veel vraagtekens bij hebben.

– Het verdienmodel is onvoldoende uitgewerkt en dit verdienmodel is de drijvende kracht achter deze constructie. Voor een werkgever is Flextensie goedkoper, ondanks dat op of net boven WML tarieven betaald worden, doordat er geen sociale premies afgedragen worden. Gemeenten en Flextensie verdienen er flink aan (beiden grotendeels van de verdiensten). En degene die de arbeid zonder loon levert, wordt geen werknemer en blijft bijstandsgerechtigde. De FNV noemt dat loonroof.

– Verdringing is ongetwijfeld aan de orde; het gaat om regulier werk dat normaal tegen (cao)loon betaald wordt of via uitzendwerk. Dit werk verdwijnt naar onbeloonde arbeid via de Flextensie-constructie. Het gaat om schoonmaakwerk, werk in de agrarische sector etc. Het feit dat werkgevers bereid zijn om tenminste WML tarief te betalen, geeft ook al aan dat het gaat om regulier werk. Maar doordat er geen sociale premies worden afgedragen, is het enigszins goedkoper. Dit soort constructies versterken het proces van de race naar de bodem.

– Er wordt gesproken van een hoge uitstroom. Dit roept bij ons de vraag op naar de kansrijkheid van de kandidaten en of deze kandidaten niet direct op een reguliere arbeidsplaats geplaatst hadden kunnen worden, eventueel met een tijdelijke loonkostensubsidie. Immers een arbeidsovereenkomst biedt naast loon, veel meer arbeidsrechtelijke bescherming, geeft directe uitstroom uit de bijstand en levert de staat normale inkomsten via de sociale premies.